Henk v.d. Steen
Henk, een man uit één stuk – zoals zijn naam al doet vermoeden. Met zijn ferme kin
én karakter transformeert hij moeiteloos van gevoelige scharrelkippenboer tot vileine
domineeszoon. Welgeschapen van lijf en leden schuwt hij een goede pot geweld niet. En ja,
dan breekt er wel eens wat. Waar gehakt wordt vallen spaanders. |
|
Frank Smallegange
De excuushomo van Rauwe Vitrage past al jaren niet meer in de kast en heeft de baard
tegenwoordig óp de keel. Is begonnen bij de padvinders en dat krijg je er nooit meer uit. Want
hoe gemeen hij ook wil spelen, de glimlach rond zijn mond is nooit ver weg. En als brave
scout redt hij je in elke scène. Frank; ogenschijnlijk de vrolijkste, en zeker de liefste. |
|
Karen Lagendijk
Karen acteert vanuit merg en been. Zij kan zó lelijk op het podium zijn dat ze weer prachtig
wordt. Speelt geregeld staalharde personages, maar breekt desalniettemin makkelijk. Deze
vileine taalkunstenaar gebruikt het woord als een mes. Wie niet beter wist, zou kunnen
denken dat Van Warmerdam plagiaat pleegt. |
|
Thom Bruggeman
Thom heeft de onwetendheid tot kunst verheven. Een dubbele laag, want natuurlijk is de
knecht, de assistent, de minst talentvolle zoon, de machteloze vader vaak de slimste thuis. En
Thom speelt ze met verve. Uiteindelijk barst vader uit in stil spel en rake woorden. En er is
niemand die zich zo goed met z’n kop op de tafel kan laten beuken. |
|
Wilma van Tuyl
Wilma is onze meest naturelle speelster. Maar dat valt niet op omdat ze van nature nogal vaag
is. Dit levert hilarisch absurdistische scènes op die perfect in het straatje van Van Warmerdam
passen. Ze is een ster in het spelen van getroebleerde types die anderen het leven zuur maken.
Haar woede-uitbarstingen en naïeve uitspraken zorgen voor een lach en een traan. |
|
Susanne Lens
Susanne oreert graag over de dingen die écht belangrijk zijn. Details. Details die niet
over het hoofd gezien mogen worden, zoals bloed en afgeknelde vingertopjes. Maar zie haar
het verdriet van een door moeder afgewezen dochter verbeelden en de hele zaal slikt. Als het
publiek zich met één speler kan identificeren, is het Susanne wel. |
|
Frank Jansen
Frank is een romanticus pur sang. De ideale held en hoofdpersoon. Slingert zijn dromen en
verwachtingen onbevreesd de zaal in. Het publiek huilt, lacht en leeft intens met hem mee, tót
hij ineens een heel andere kant laat zien: die van de sardonische saboteur die niet te beroerd is
om je eens flink in je maag te stompen. Kortom, een man met twee uitgesproken gezichten. |
|
Elsbeth van Orsouw
Elsbeth is een ster in oneliners en dooddoeners. Als je haar ziet spelen kun je niets anders
dan instemmend knikken en hartstochtelijk met haar mee verlangen naar redelijkheid. IJzeren
redelijkheid, zonder compromissen of grijsgebieden. Moeder méént het. Kortom, een vrouw
om zo stevig tegen je borst te drukken dat ze nooit meer kan ontsnappen. |
|